expliciet: < Fr. explicite < L. explicitus duidelijk, uitdrukkelijk < expliceren: < L. explicare uitvouwen, ontplooien, uiteenzetten, verklaren < ex- uit + plicare samen vouwen, oprollen.
expliciet: < Fr. explicite < L. explicitus duidelijk, uitdrukkelijk < expliceren: < L. explicare uitvouwen, ontplooien, uiteenzetten, verklaren < ex- uit + plicare samen vouwen, oprollen.